Synopsis

"De Rode Tulp."
Afkomst verloochent niet

Gijs Zeeman droeg bij leven een groot geheim met zich mee: zijn verleden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij kon er niet over spreken. Niet met zijn vrouw, niet met zijn zoon, en niet met zijn land. Zijn ervaringen bleven jarenlang onuitgesproken, begraven onder schaamte, onbegrip en stilte.

Pas na zijn dood ontvangt zijn zoon Alexander een stapel brieven, geschreven speciaal voor hem. Wat daarin verteld wordt, opent een wereld die tot dan toe onvoorstelbaar bleef. Een jeugd vol linkse idealen en verzetsdrang. Arbeid in nazi-Duitsland, waar Gijs werkte aan geheime vliegtuigontwerpen. Sabotage, gevangenschap, en uiteindelijk: de terugkeer naar een Nederland dat hem niet geloofde – en hem geen erkenning bood.

Aanvankelijk probeert Gijs opnieuw te beginnen. Maar hij breekt. De diagnose: KZ-syndroom. Hij verliest zijn werk, zijn gezin, zijn plek. In zijn zoektocht naar erkenning verdwaalt hij in een bureaucratisch doolhof van instanties die zijn verleden ontkennen. Onmacht, woede en armoede volgen. Tot hij – decennia later – wordt opgevangen aan de andere kant van het IJzeren Gordijn. In de DDR ziet men zijn waarde. Hij krijgt een functie, een stem, een titel. Als getuige. Als vriend. Als pion. Er wordt zelfs een dekmantel voor hem gecreëerd.

Alexander probeert via de brieven het verhaal van zijn vader te reconstrueren. Hij duikt in archieven, spreekt met mensen die Gijs kenden, en ontdekt dat de waarheid gelaagder is dan hij had kunnen vermoeden. Gijs was geen fantast – maar ook geen held. Maar dan ontdekt Alexander iets wat niet in de brieven staat. Een ontmoeting werpt nieuw licht op zijn vaders rol in de DDR – en op het beeld dat hij van hem heeft opgebouwd. Wat hij voor waarheid hield, blijkt deels zorgvuldig geregisseerd.

Enkele reacties van proeflezers


“Ik las het in één ruk uit. Geen hoofdstuk te veel, geen woord verspild. En toch bleef het nazinderen: wat is waarheid als iedereen zijn eigen versie moet overleven?”

“De stijl is bedrieglijk eenvoudig. Je glijdt er moeiteloos doorheen, tot je ineens beseft dat je in een grijze zone bent beland waar goed en fout niet meer bestaan.”

“Zelden zo'n compacte roman gelezen die zoveel lagen bevat: familiegeschiedenis, ideologie, trauma, en toch blijft het persoonlijk, intiem. Alsof je stiekem meeleest in iemands innerlijk archief.”